Dikke
mist. Te veel voor de bomen die het dorstig met hun nog zo goed als kale takken
verzamelen. Overtollige nattigheid laten zij noodgedwongen los en druipt
regelmatig aan hun voeten; een enkele maal op de schedel van een hardloper
zoals ik die heldhaftig onder hun pruilende kruinen doorrent.
Mist en lage bewolking: veel Nederlandse
eclipsliefhebbers zullen deze morgen hun ogen teleurgesteld hebben uitgewreven,
nadat zij de slaapkamergordijnen opzijschoven. De maan daadwerkelijk voor de
zon zien schuiven, dat zit voor hen waarschijnlijk niet in het vat, vandaag.
Misschien hebben zij meer geluk op 12 augustus 2026.
Het was fijn dat de Gelderlander vanmorgen die vrolijke foto op de voorpagina
plaatste: twee mannen turen via opvallend gekleurde eclipsbrilletjes naar de
zon. Zo werd ik er aan herinnerd: over krap twee uren is er een zonsverduistering.
Terwijl ik over de Waalbandijk ren schuift een andere foto over deze
voorpaginafoto heen, een foto van een vrouw op pagina ‘Binnenland’ in de
editie van gisteren. In mijn herinnering betrof het een zwart-wit-foto. In
werkelijkheid was het een kleurenfoto van een vrouw op een bankje in bijna alles
bedekkende zwarte kleding (ik wil Kees Martens, de fotograaf, en
verslaggeefster Dominique Elshout wel geloven, dit is een vrouw, hoewel hun veronderstelde
kennis niet kan worden bevestigd door simpelweg naar de foto te kijken. Door
een spleetje in al dat zwart zijn weliswaar twee ogen gedeeltelijk zichtbaar, en
is onder de jurk te zien dat de persoon witte sportschoenen draagt en een lichtgrijze
sportbroek, maar deze details duiden niet doorslaggevend man of vrouw). De overeenkomst
tussen twee zo verschillende foto’s, de vrolijke en de sombere, is de vorm van
eclipsbril en kijkspleet.
Stel dat mij een vrouw in een nikab, in alles
verhullende kleding, tegemoet komt, hardlopend of wandelend, ik zou er toch in
een boogje omheen lopen, want je weet maar nooit wie of wat er onder die
kleding zit. In eerste instantie zou ik verbaasd zijn: kun je wel lekker rennen
of wandelen in zo’n jurk?
Een twintigjarige Eindhovense met de
schuilnaam Oum Ammatullaah wil de verdeeldheid tussen moslims en niet-moslims
tegengaan. Zij zet uiteen waarom zij een nikab draagt: voor Allah. ‘Elke
seconde dat ik in deze kleding loop, ben ik in staat van aanbidding,’ beweert
zij. Terwijl ik die zin las dacht ik aan nonnen in een klooster, maar of die in
een voortdurende staat van aanbidding verkeerden meen ik ten sterkste te mogen
betwijfelen. O ja, wacht, dat kwam natuurlijk omdat zij, die nonnen, hun
gezicht aan de buitenwereld toonden – voor zover zij niet in een klooster waren
opgesloten.
Ik denk niet dat Oum Ammatullaah in haar
opzet slaagt.
Vrouwen
moeten zich verhullen om mannen niet in verleiding te brengen, vindt Oum.
Wanneer heb ik dat eerder gehoord? In de tijd van mini-jurk en hotpants moesten
we nog leren dat het dragen van dergelijke kleding geen vrijbriefje voor seksuele
uitbuiting is. Vrijheidbeperkende maatregelen, al bestaan die slechts uit
kleding, neem je als niets anders helpt: bindt de delinquent een zendertje om
zijn enkel! Ik geloof overigens niet dat Allah zich vrouwen wenste die alles
verhullend gekleed gingen. Het was misschien praktisch om in de woestijn niet
te worden gezandstraald, maar hier en nu?
Met de moeder van Oum Ammatullaah heb ik
wel te doen. Je zult maar in de krant lezen dat jouw dochter liever Mohammed
pleziert, ‘… de beste man die ooit op aarde heeft geleefd, met het beste
karakter…’ Ik weet het niet. Ik bedoel maar, deze ‘beste man’ leefde rond het
jaar 600 en intussen ging de wereld verder.
Gelukkig hebben wij met elkaar vastgesteld,
mannen en vrouwen zijn gelijk: we mogen naar elkaar kijken maar hebben beiden
een speciaal brilletje nodig als we iets van de zonsverduistering willen zien.
Mits wolken en mist optrekken, uiteraard. Wel zo helder!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten