dinsdag 9 juli 2013

College

Opnieuw prachtig weer. Terwijl ik langs de vijver bij de Tempelstraat ren, trekt een wilde eend zijn bronsgroene kop uit zijn bruingrijze verenpak. In zijn plaats zou ik, uit de veren komend, mij lekker rekken en strekken; deze hier geeuwt zelfs niet (kunnen eenden eigenlijk geeuwen?)
Op de dijk kies ik richting Weurt. Al spoedig komt het oude boerderijtje van Marlies in beeld: geen van de opstallen draagt nog dakbedekking, zelfs het oude varkenskot staat er stakerig bij: hier wordt binnenkort likeur gestookt. Waar geiten, schapen en koeien graasden zijn de benodigde hoogstamfruitbomen aangeplant.
Vier, mij tegemoet komende, fietsers zijn druk met elkaar zodat fietsen bijzaak is. Hen laten horen dat ik er ook ben voorkomt dat zij mij van mijn voeten karren. Dit bijna incident brengt mij terug naar afgelopen zondag: een groepje jonge mensen, studenten zo te zien, passeert ons op hun fietsen. Wij  rusten aan een picknicktafel aan het einde van het fietspad. Ik koos een strategisch plaatsje: zo kan ik langs een aantal hoge bomen nauwlettend de verrichtingen van het echtpaar Ooievaar volgen (en fotograferen). Zij poetsen niet alleen hun eigen veren maar ook die van hun kind en zo te zien geven zij dat bovendien uitvliegles!
Er is overleg tussen de jongeren die inmiddels van hun fietsen stapten. Een van hen keert terug met de vraag of zij bij ons mogen zitten. Natuurlijk mag dat, plaats zat!
“Maar”, klinkt het bezorgd, “wij zijn met z’n zessen hoor!”
“O, prima, wij schikken wel wat in!”
Riky en ik troffen mooi wandelweer, voor de eerste maal dit jaar, om ons te oefenen voor de 4Daagse. Zo konden wij zonder voorbehoedmiddelen op stap, zonder paraplu of regenjas bedoel ik. Door een fout in de Knooppunten Fietsrouteplanner van Falkplan, zo konden we nadien via Google Maps vaststellen, misten we bijna een van de mooiste trajecten van de route. Bijna, want ter plaatse besloten we ons papieren plan te verlaten en liepen we toch nog langs het veelbelovende watertje. Het maakte zijn belofte waar: met riet omzoomd (in gedachten zag ik Mozes drijven), veel waterplanten, schapen links, rechts en op het fietspad – er waren er verschillenden die zich in de rietkraag schuilhielden voor de hete middagzon – en groepen vogels die ons, vanuit diverse dicht opeen staande bosjes vlierbessen en meidoorns, trakteerden op zangconcerten. Hoe zou dit riviertje heten?
Een Chinese wijsheid luidt (ongeveer): ´Beter vijf minuten dom lijken dan de rest van je leven onwetend zijn!´ Dus, als de jongelui goed en wel zitten, vraag ik hen naar de naam van het watertje. De woordvoerder meent dat het Grebbe is, maar dat het plaatselijk vaak grift wordt genoemd.  Ondertussen haalt hij een dik cahier uit zijn rugtas waarop hem lacherig wordt gevraag of hij een heus dictaat heeft geschreven. Een ander wil weten of de professor hem wel goed betaald. Het laat deze ‘docent’ zo te zien onverschillig; hij nodigt Riky en mij uit om mee te luisteren. Het blijkt een veldles geschiedenis. Hij vertelt over de Hollandse Waterlinie, het belang van de Grebbeberg en de functie van de Grebbelinie (gegraven in 1745). Kort voor het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog besloot generaal Winkelman de in verval geraakte Grebbelinie te herstelen en het zelfs tot hoofdverdediging te bombarderen…
Wij luisteren geboeid en bekijken de landkaartjes en oude foto’s van kanonnen, kazematten en loopgraven. Als ik snel nog even de bewoners van het paalhuis controleer blijken zij uitgevlogen. Helaas ongezien! Wij stappen ook op en bedanken voor het genoten college.
Terwijl ik de Waardhuizenstraat in ren stel ik vast dat sommige Chinese gezegdes minder wijs zijn dan zij lijken!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten