dinsdag 23 augustus 2016

Ratrace

Het lukt slechts luttele seconden de melancholische klanken waarmee Toots Thielemans aan ‘Ne me quitte pas’ gestalte gaf, in mijn hoofd vast te houden terwijl ik over de Hommelstraat de nieuwe zomerdag tegemoet ren. Er is dan ook veel afleiding. Neem nou die kraai daar, op hetzelfde moment dat ik hem ontwaarde, vroeg ik me al af wat het is waarin hij verwoed met zijn snavel harkt. Aan het gedrag van de vogel zie ik dat hij, onderwijl hij pikt en hakt in hetgeen op het asfalt ligt, mij in de gaten houdt. Maar nu ik zo kort genaderd ben wordt de grond hem echt te heet onder de voeten. In een laatste poging te redden wat er te redden valt sleept hij hetgeen wat voor mij nog het meest op een ouwe sok lijkt, richting wallekant. Anderhalve centimeter, verder dan dat kan hij zijn buit niet verplaatsen voor de zenuwen hem de baas worden zodat hij schielijk opvliegt en scheldend in de dichte begroeiing verdwijnt. Het zijn platgereden resten van een egel waarop Kraai zijn zinnen had gezet. Nog een jong dier zo te zien. Natuurlijk roept deze voortijdige dood mijn erbarmen op, maar er is hier niets meer te doen dan door te rennen. Wel doet het kadavertje me terugkeren in museum Corpus waar we gisteren een deel van de dag met drie van onze kleinkinderen doorbrachten.
Terwijl wij in de auto van Beuningen naar Leiden reisden werd ons via de radio regelmatig medegedeeld dat de ‘Brusselse volksjongen met zijn mondharmonica’ overleden is, waarbij we aansluitend kleine stukjes van zijn onsterfelijke nalatenschap te horen kregen, zoals uit ‘La vie en roses’ en de soundtrack voor ‘Turks fruit’. De bijzondere klanken van Toots vielen ook bij Niek in de smaak. Hij wilde graag weten wie die muziek maakte en waarmee. Niek speelt graag piano zodat hij zich maar moeilijk kan voorstellen dat Thielemans zulke meeslepende tonen uit zo’n eenvoudig instrument kon toveren (of Koen en Sofie, die met Riky achterin de auto zaten, ook van deze muziek genoten kon ik vanachter het stuur niet beoordelen.)
Het beeldbepalende corpus van museum Corpus is naar de A44 gericht en tot het laatste moment voor ons verscholen, maar geholpen door TomTom en aansluitend de ‘bruine bordjes’ vinden we het gemakkelijk. We zijn te vroeg zodat er voldoende tijd is om even rond te lopen en de gang van zaken af te kijken onderwijl Niek en Koen op jacht gaan naar figuren uit Pokémon Go. Dan komt het moment dat de lange roltrap ons, voorzien van een audiotour die ieder van ons omgehangen kreeg, omhoogvoert tot in de knie, waar precies was te zien hoe mijn kniegewricht en de botjes in mijn voeten zich bewegen nu ik hier langs de Waalbandijk ren.
We leren onze darmen wat intiemer kennen, compleet met de geluiden die zij veroorzaken terwijl ze ons voedsel verteren, de bruikbare componenten afstaan voor gebruik elders in ons lichaam en de onbruikbare restanten afvoeren naar de laagste regionen waarbij zij, die ‘arbeidsdeuntjes’, ons soms voor schut doen staan. Vanaf de knie reizen we door ons lichaam om bij de hersenen weer in het volle daglicht te treden.
De baarmoeder en in het bijzonder de ratrace die de miljoenen spermacellen ondernemen om als eerste het ei te bereiken, waren natuurlijk aanleiding voor hilariteit. Wat wil je als twee kleinzonen van dertien en vijftien zo’n wedstrijd aanschouwen. Maar om eerlijk te zijn, het wás ook een vrolijk spektakel, dat ook nog eens door onze audiotourspeaker opgewonden van commentaar werd voorzien alsof hij verslag deed van een Olympisch hardloopnummer, dat hij afsloot met ‘… en dáár gaan de losers!’, terwijl we dezelfde atleten minus één naar hun ondergang zagen zwemmen
Vlak voordat we Beuningen weer bereikten, met de klanken van Toots’s ‘Ne me quitte pas’ uit de speakers, vroeg Sofie zich hardop af of het wel lekker zal zijn wat we gaan eten. Nou, en of dat lekker was!




Geen opmerkingen:

Een reactie posten