Het leven is niet perfect. Hoe mooi de wereld zich meestal aan ons voordoet,
zoals hier en nu aan mij, in dit kleine stukje van onze mooie bol, dit vredige
stukje rivierenlandschap waarbinnen ik ren en waar alles lijkt te zijn zoals
het moet zijn, zo is het niet altijd en overal. Er zijn voortdurend haperingen,
altijd en overal, in het groot en in het klein, zoals een paar tenen van mijn
linkervoet waarvan de peesjes zich pijnlijk dwars gedragen en de hinderlijke ontsteking
in mijn neus en keelholten die nog niet helemaal is uitgewoed. Kleine foutjes
die mij lastigvallen maar die vanzelf weer over gaan.
Fouten hebben soms een lelijke kant, vooral als
die zich als een vorm van kanker in een hele samenleving of in een enkel lichaam
gedragen. Dergelijke fouten willen we graag leren begrijpen om ze te kunnen herstellen,
en voorkomen, uiteindelijk. Iets lelijks kan dan ook een mooie kant krijgen. Zo
staat in de Gelderlander van vandaag
een hoopvol bericht over de bestrijding van de ziekte van Khaler. Nu maar
duimen dat we ook grip krijgen op de kankervorm waaraan Tiny leed.
Het leven is dus niet perfect. Wij als
wereldsamenleving slagen er maar niet in om effectief te reageren op bloedige
conflicten die, inderdaad als kankergezwellen, om zich heen grijpen. Wij zijn
er zelfs regelmatig debet aan dat ze ontstaan en voortwoekeren. Als gevolg
daarvan zijn miljoenen mensen op de vlucht. In hun pogen weg te komen van
gevoelloze lieden, die vanwege een idee of geloof dood en verderf in hun
woongebieden zaaien, vallen vluchtelingen, meestal na veel ontberingen, vaak in
handen van even gevoelloze lieden die met wrakke bootjes munt slaan uit de
ellende van hun medemensen. Bereiken deze ontheemden eindelijk de randen van
het veilig gedachte Europa, stuiten zij op scheermesdraad (in de media
veelvuldig verward met prikkeldraad) of op wanhopige politiemensen die,
uitgerust met wapenstokken en traangasbommen, in opdracht van hun regeringen de
vluchtelingenstroom tot staan moeten brengen. In reactie op de onstuitbare
vloed werden deze wanhopige mensen in de sociale media door sommigen van ons
afgedaan als gelukzoekers, waarschijnlijk vanwege angst dat wij iets van ons
mooie vredige leventje zouden moeten afstaan.
Veel conflicten, fouten in onze menselijke
samenleving, woekeren ver van onze leefwereld. Maar al gedurende maanden
spoelen gevolgen daarvan aan op onze vakantiestranden en, via de media, in onze
ogen en oren. De foto van het levenloze lichaampje van Aylan Kurdi staat nu
symbool voor de ellende in Syrië. Dat beeld roept erbarmen op – eindelijk
mededogen na de aaneenschakeling van ontberingen die het jongetje gedurende
zijn korte levensduur overkwam – en ontstaan, ook via sociale media, warme en
mooie initiatieven uit deze lelijke dood.
Terwijl ik verder ren langs cichorei en
boerenwormkruid die na de laatste maaibeurt perfect opgebloeid zijn, keer ik
terug naar afgelopen dinsdag. Een paar uur voordat het journaal het levenloze
lichaampje van Aylan op mijn netvlies brandde, kregen wij bericht over het
overlijden van onze schoonzus, de vrouw van mijn broer Jan. Al wonen en leven
we ver van elkaar, er blijft een bijzondere band. Alleen al ons laatste bezoek,
enkele weken geleden, waarin we afscheid van Tiny hebben genomen, getuigt
daarvan.
Tiny bezat een krachtige persoonlijkheid. Toen
voor haar duidelijk was dat de mogelijkheden om te genezen waren uitgeput, wilde
zij waardig afscheid van haar leven nemen. Daarin is zij volledig geslaagd.
Er gaat grote troost uit van de weg die Tiny
samen met Jan is gegaan. Zo ontstond ook uit deze onvermijdelijke en
voortijdige dood nog iets moois. Voor Tiny en voor mijn broer die achterblijft,
maar ook voor ons. Jan zegt het zo: “Huil
niet omdat zij er niet meer is, maar glimlach omdat je haar hebt mogen meemaken.”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten