Gisteren
hebben we de Drie Koningen, hun lastdier en de kameeldrijver, weer voorzichtig
opgeborgen in hun eigen doos, samen met de rest van de kerstgroep, iedere
figuur zorgvuldig verpakt in een katern van de ‘KRO Magazine’. Het was Grote Opruimmiddag, gisteren. De kerstprullaria
met hun warme kleuren moesten plaatsmaken voor het ordinaire winterse licht van
januari. Traditiegetrouw mag dat niet eerder dan op 7 januari, de dag na
Driekoningen. Ons aanpassingsvermogen, de stylist die in ieder van ons schuilt,
zal ons gaandeweg weer aan de oude situatie laten wennen.
Vanmorgen bleek mijn vormgever nog niet uitgewerkt: zoals
gebruikelijk tijdens deze donkere dagen was mijn eerste gang naar de hoek waar gisteren
nog de kerstboom stond, om door middel van een schakelaar honderden gekleurde
lichtjes te ontsteken. Dit keer werd ik halverwege gestuit door de realist in
mij: O ja, dat is waar ook, voorlopig geen kerstverlichting meer!
Nu ren ik omgeven door het licht van de opkomende zon, over de Waalbandijk met mijn gedachten bij Driekoningen. Tijdens mijn jeugd in Wadway was dat nog een plechtige zondag. Een dag waarop ik met mijn broers en zussen de hoogmis bezocht, terwijl men ondertussen thuis de ontbijttafel extra feestelijk dekten. Voorafgaand aan deze kerkgang, vroeg in de morgen en nog gekleed in ons nachtgoed, lieten wij, kinderen, de herders hun plaatsje bij het kerststalletje afstaan aan de koningen, waarbij ook de kameel naderbij mocht komen. En dankzij Janny van der Heijden, jurylid bij ‘Heel Holland bakt’, herinner ik mij dat Moe pudding maakte waarin zij een boon verstopte, of was het een taart, een Driekoningentaart? Hoe dan ook, degene die de boon te pakken kreeg was gedurende de rest van de dag koning. Wat dat met je deed herinner ik mij niet, waarschijnlijk omdat het lot mij nooit tot Driekoningen-koning kroonde.
Nu ren ik omgeven door het licht van de opkomende zon, over de Waalbandijk met mijn gedachten bij Driekoningen. Tijdens mijn jeugd in Wadway was dat nog een plechtige zondag. Een dag waarop ik met mijn broers en zussen de hoogmis bezocht, terwijl men ondertussen thuis de ontbijttafel extra feestelijk dekten. Voorafgaand aan deze kerkgang, vroeg in de morgen en nog gekleed in ons nachtgoed, lieten wij, kinderen, de herders hun plaatsje bij het kerststalletje afstaan aan de koningen, waarbij ook de kameel naderbij mocht komen. En dankzij Janny van der Heijden, jurylid bij ‘Heel Holland bakt’, herinner ik mij dat Moe pudding maakte waarin zij een boon verstopte, of was het een taart, een Driekoningentaart? Hoe dan ook, degene die de boon te pakken kreeg was gedurende de rest van de dag koning. Wat dat met je deed herinner ik mij niet, waarschijnlijk omdat het lot mij nooit tot Driekoningen-koning kroonde.
Nog met mijn gedachten bij Janny en de
Driekoningenboon zie ik een Rode Geus aan de rand van de Loenensche Wel die, na even aarzelen, het water instapt om met
zekere tred naar de overkant te waden. Het valt niet zwaar dit rund de rol van Os
op te dringen en de zekerheid dat voor hem, net als voor alle andere figuren
van de kerstgroep, het werk voor dit jaar is gedaan. Deze koe benutte vaker de
lage waterstand om zonder omwegen de Ewijkse
Plaat en de rest van haar kudde te bereiken, maar voor mij is het de eerste
keer dat ik daarvan getuige mag zijn.
Herodes die Koning van de Joden werd genoemd, was zich
volgens het verhaal van de apostel Mattheüs die tevens als een van de vroegste ‘verslaggevers’
het leven van Jezus in beeld bracht, te pletter geschrokken vanwege het gerucht
dat drie magiërs uit het Oosten waren gekomen om in Judea de pasgeboren koning
van de Joden eer te bewijzen. Volgens hetzelfde verhaal was het vanwege deze
titel, ‘Koning der Joden’, dat Herodes Jezus als een rivaal bestreed, ook al
was hij nog slechts een boreling. Daartegenover waren de drie koningen
barmhartig in hun optreden bij de stal. Zij kwamen met geschenken, zij kwamen
met warmte in hun harten Jezus welkom heten. En terwijl ik verder ren bedenk ik
dat dit verhaal zich opnieuw afspeelt.
Vandaag zijn het vluchtelingen die Europa overspoelen
omdat ‘in de herberg’ voor hen geen plaats meer is. Ondanks al hun ontberingen
in eigen land en onderweg naar hier, worden zij vurig bestreden door degenen
die bang zijn hun verworvenheden te verliezen. Tegelijkertijd zijn er anderen die
als de drie koningen barmhartig zijn in hun optreden, die deze ontheemden voorzien
van warmte, kleding en voedsel, al dan niet onder aanvoering van Angela Merkel:
‘Wir schaffen das!’
Ook vandaag spelen verslaggevers een grote rol. Hoe
zullen zij in de toekomst over de gebeurtenissen van deze tijd vertellen?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten