Verborgen door hoog opgeschoten maïs aan de ene – en riet aan de andere kant van de
Hommelstraat, word ik een kortstondig moment teruggeplaatst naar de tuinderij
aan de Zomerdijk. Van het wieden van onafzienbare rijen koolplanten heb ik al
een poosje tabak, dus heb ik mij verscholen tussen de begroeiing langs de oever
van de Groote Sloot. Starend in het water waaruit enkele dagen daarvoor een
vette paling was gekropen. Het beest zat in de rieten mand waarin de tuinbaas
de aanzuigkop van de besproeiingsinstallatie had gestoken. Er zit veel meer
paling in deze sloot. Ik weet dat aal zich in de blubber op de bodem van de
sloot ophoudt, dat ik die niet te zien zal krijgen, evengoed probeer ik er een te
vinden. Als dat zou gebeuren, als ik toch zomaar een vette paling zou zien
zwemmen! Stekelbaarsjes en voorntjes, te klein om te vangen, dat is alles wat
ik zie. Eigenlijk doe ik hetzelfde als die paling, me verstoppen zodat mijn
baas me niet ziet, zodat ik even verlost ben van het uittrekken van onkruid,
even niet hoeft voort te kruipen over de harde klei.
Waarom herinner ik mij deze kleine gebeurtenis?
Schaamte? Misschien, maar dat is volgens mij een te groot woord. Ik weet niet
meer of ik ontevreden was over mijn gedrag. Ook al werd ik niet betrapt, evengoed
nam ik mij voor niet meer zo kinderachtig te doen.
Toen was ik dertien jaar.
Nu, vijfenvijftig jaar later, ren ik over
de Waalbandijk en denk ik dat ik weet waarom die herinnering zopas boven kwam
drijven. Het is vanwege Snuf! Hij gaat over een paar uurtjes weer terug naar
zijn eigen baasje. Aan ruim veertien dagen logeren komt een einde.
Laatst vertelde ik iemand over deze
logeerpartij. “Ik vind cavia’s maar saai!” was zijn reactie, “Wat moet je met
zo’n beest?” Wat je met zo’n beest moet is echter niet de juiste vraag. Het
gaat om Koen! Koen zorgt voor Snuf. Hij geeft dat beestje liefde. Hij kan zich
met hem terugtrekken, hem vertroetelen, verhalen vertellen, zich verbeelden dat
Snuf hem begrijpt en dat hij weet wat er in dat diertje om gaat. Dat is wat Koen
van Snuf krijgt. Helaas voor Koen en Snuf kon Snuf niet mee op vakantie. Logeren
dus!
Vind ik Snuf saai?
Het is waar, als Snuf zijn buikje heeft
rond gevreten gaat hij er eens goed voor liggen om lekker uit te buiken!
Daarmee laat de cavia ons precies zien waar het bij ons aan schort. Wij zouden
er ook goed aan doen om na elke maaltijd een poosje te rusten, maar dat
terzijde. Dan komt Snuf weer tot leven. En hoewel hij voortdurend speciaal
droogvoer, water en gemengd hooi tot zijn beschikking heeft, zet hij het op een
miepen als hij een van ons in het vizier krijgt. Dan herinnert hij zich dat er
ook nog lekkerder hapjes zijn zoals komkommer, paardenbloemblad, kool,
worteltjes, watermeloen, zevenblad of wat dan ook. “Miep, miep, miep…!” en als
dat onvoldoende werkt laat hij met zijn stevige tanden de metalen tralies van
zijn kooi ratelen.
Het werkt altijd. Snuf krijgt zijn zin.
Hij is tenslotte onze logé!
Weinig natuurlijk, dat gedrag? Misschien.
In de kooi buiten, onder de vrije hemel
waaruit plotseling een jager kan opduiken, loopt Snuf niet graag vrij rond. Dan
duikt hij liefst weg in zijn slaaphokje. Afgelopen zondag lok ik Snuf met een
worteltje naar buiten. Op het moment dat hij de lekkernij stevig tussen zijn
tanden heeft, draait hij zich om en duikt in zijn slaaphokje. Helaas. Het is
alsof een huisschilder zijn ladder overdwars door de voordeur wil dragen: boem!
Voor de kleine cavia zit er niets anders op dan zijn angst overwinnen.
Straks gaat Snuf weer naar zijn eigen
baasje.
Niet vergeten om nog
wat verse paardenbloembladeren te plukken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten