Aan de telefoon
vertelde ik Jan over die andere Mieke, haar overlijden en het afscheid. Binnenkort
is het vijftien jaar geleden.
Vanwege haar lichamelijke
beperkingen woonde Mieke in Het Dorp. Mieke werkte voor slechts een doel:
vakantie vieren op een van de eilanden. Tegenover een laag loon stonden dure
vakanties vanwege de vrijwilligers die haar begeleidden. Na haar overlijden
vond ik een fotoplakboek. Bij het doorbladeren sprong één foto eruit: Mieke in
badpak, de zee reikt tot boven haar heupen, haar armen in extase geheven als
een kind dat voor de eerste keer zelfstandig kan staan. Gelukkiger is zij nooit
geweest dan juist op dat moment, denk ik. Onder de foto: Paal 19, Terschelling.
Uiteindelijk, bij
mijn afscheid van Het Dorp, liet ik mij door Mieke overhalen haar nalatenschap
te zullen regelen. ‘Ach, dat maak ik misschien niet eens meer mee’, dacht ik
toen. Verschillende jaren nadien werd ik door een verpleegkundige gewaarschuwd
zodat ik Mieke nog tijdens haar ziekbed kon bezoeken. Haar einde kwam toen
snel. Liefst wilde zij dat ik persoonlijk haar as zou verstrooien, op
Terschelling. Het had geen zin om een doodziek mens uit te leggen dat zoiets
helemaal niet kan, waarschijnlijk illegaal is en praktisch onuitvoerbaar. Afgelopen
zaterdag las ik in de Gelderlander het
verhaal van Judith Peters. Zij stond op een donkere dag in oktober bij het graf
van haar vader toen deze plotseling door een zonnestraaltje werd verlicht.
Judith dacht: dit is echt mijn vader! Nou, Mieke kon er ook wat van!
Maanden na haar
crematie bracht het toeval mij weer vlak bij het crematorium. Ik kreeg de as
van Mieke mee. Het blik paste perfect in een magnum-wijnzak zodat ik die
gemakkelijk mee kon dragen. Zo reden we naar huis, Mieke op de passagiersstoel,
ik aan het stuur. Ik kon niet nalaten op te merken: ‘Je krijgt vast buikpijn
van het lachen, Mieke, nu je ons zo ziet gaan!’ Thuisgekomen borg ik de as in
de schuur, dronk een kop koffie en las de post. De advertentie stond in een
blad van het pensioenfonds. Onder de kop Uitwaaiarrangement werd een midweek
voor twee personen aangeboden, in Stayokay op Terschelling, inclusief huurfietsen.
Dit was het werk van Mieke, dacht ik toen, moet wel zo zijn, zij zorgde ervoor
dat ik haar as ging halen, juist vanwege dit aanbod.
Mieke moest nog een
aantal weken in de schuur bivakkeren, maar toen was het zover. Samen met Riky
en haar broer en schoonzus, togen we naar Mieke’ eiland. We sliepen in een vierpersoonskamer.
Mieke op de grond, aan het voeteneinde van mijn bed, natuurlijk was zij woest
tevreden! De andere dag bond ik haar achterop de fiets. We troffen het niet. Veel
wind, zwaarbewolkt en af en toe spetterde regenvlagen. Evengoed: op naar Paal
19!
Ongeveer op de plaats
waar Mieke, volgens de foto, in zee heeft staan gillen van plezier, trotseerde
ik met opgestroopte broekspijpen, het koude zeewater en toen de wind even ging
liggen liet ik de as van Mieke langzaam uit de bus stromen. Toen de eerste
korrels het zeewater raakten, wakkerde de wind weer aan en brak het gesloten
wolkendek open waardoor een straaltje zonlicht de lange as-pluim deed oplichten.
In een duinpan, onder
het genot van koffie en broodjes, verwonderden wij ons over het organisatietalent
van Mieke.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten