zaterdag 24 mei 2014

Gemak

Deze morgen moet ik mij behelpen met een voorstelling van het hardlooprondje dat ik mij had voorgenomen.
         Terzijde: in werkelijkheid staar ik uit het raam van mijn werkkamer naar onze overbuurman die met behulp van een benzinemotor en twee handige maatjes gaten in de grond boort waarin hij betonnen staanders opricht. Tussen twee staanders plaatsen zij, in voorgevormde gleuven, een betonnen ‘plank’ als onderligger en daarboven een design plankenscherm. Deze schutting gaat het niet, zoals de vorige, begeven onder de kracht van een gemiddelde storm en maakt van buurman’s tuin een onneembare vesting. Alles sluit zo nauw op elkaar aan dat zelfs de buurtkatten deze barrière niet gemakkelijk zullen nemen.
         Jaantje, mijn fysiotherapeute, raadde mij aan het rustig aan te doen. Hardlopen past niet in dat plaatje. Waarschijnlijk is een van de beursslijmvliezen bij de aanhechting van de spieren in mijn linkerbil, geïrriteerd of ontstoken. Dinsdagavond begon dat op te spelen. In rap tempo dwong pijn tot het nemen van maatregelen (rust, pijnstillers, fysiotherapie, oefeningen). Nu ik achter mijn bureau zit – in plaats van over de Waalbandijk of Uiterwaard te rennen – lijkt er weinig aan de hand, maar zo meteen! Dan moet ik opstaan en even later weer gaan zitten, rekoefeningen doen...
         Mijn bed gaf een paar nachten niet de rust van doorgaans. Gelukkig ging het de afgelopen nacht beter, een duidelijk teken dat het herstel is ingezet. Gelukkig, want zelfs mijn ‘kleine verlossing’ bracht de afgelopen dagen niet langer het genot dat gewoonlijk daarmee gepaard gaat.
         Weinig of niets is heerlijker dan een goede poep! Dit zou ik nooit zo openlijk hebben toegegeven als Midas Dekkers dat niet zo treffend had omschreven en ik zijn teksten naar genoegen lees terwijl ik op mijn gemak op het gemak zit. Meestal zit ik lang genoeg om onderwijl een paar bladzijden of een klein hoofdstuk te kunnen lezen. Nu, met dit tijdelijke ongemak, kan ik niet echt op mijn gemak zitten, wat uitermate lastig is want een goede poep vereist dat je gerieflijk zit. Dat ervaar ik keer op keer en Midas bevestigt het in ‘De kleine verlossing of de lust van ontlasten’.
         Midas beweert: ‘Moet je alleen zijn om te kunnen poepen, je moet poepen om alleen te kunnen zijn.’ Heel lang beschouwde ik mijn toiletgang als afwijkend gedrag. Ik kende niemand die zo lang in het huisje zat (tegenwoordig ken ik er meer). Wellicht ‘uit nood’ geboren, maar toch: wie blijft er zo langdurig in zijn eigen stank zitten?
         In het gezin van mijn ouders was ik altijd met velen. Nergens in dat, naar huidige maatstaven, veel te kleine huis aan het Kerkpadje in Wadway, kon ik alleen zijn. Behalve in de wc, zo ontdekte ik spoedig. Nergens kon ik zo ongestoord lezen dan op de plee met de deur op het haakje, de zwetende stortbak boven mijn hoofd en de normale geluiden van het drukke gezin op de achtergrond. In gedachten hoor ik weer een van mijn broertjes of zusjes een taak van Moe opgedragen krijgen. Een taak die ik wellicht had moeten doen als ik beschikbaar was. Maar ik zit op de pot. Mijn benen weliswaar nog te kort om mijn voeten op de vloer te steunen, verdween ik evengoed helemaal in het boek dat op mijn blote knieën lei. Tot het rammelende deurhaakje mij uit het verhaal hield. “Bezet”, riep ik nog ten overvloede en misschien even later “ja, ja, ik ben zó klaar!” Maar de pret was dan voorbij. Het geduld van broer of zus niet zo groot dat ik het privaat nog lang bezetten kon.
         Er gaat nog altijd een boek mee.
         Ik hoop spoedig weer op mijn gemak te kunnen zitten!



Geen opmerkingen:

Een reactie posten