vrijdag 2 mei 2014

Braamsluiper

In zijn afgetrapte wei, bovenaan de Hommelstraat, kijkt mijn vriend Herman – de Schotse Hooglandstier – verbaast op als ik plotseling langzij kom rennen. Hij had mij vanmiddag niet meer verwacht. Ik wil hem vertellen dat het is omdat wij vanmorgen een pleziertochtje over de Waal maakten, van de Nijmeegse kade naar de Klompenwaard, maar hij kan of wil mij niet begrijpen.
         Op de Waalbandijk vraagt de prullenbak bij het bankje tegenover het fruitbedrijf van de familie Engelen, mijn aandacht. Jammer dat ik geen röntgenogen bezit, zoals die bij de incheckbalies op Schiphol en andere vliegvelden. Zulke ogen waarmee je schaamteloos door de wand van andermans koffer heen kunt kijken zodat al diens ingepakte geheimen aan jou worden geopenbaard. Met dergelijke ogen zou ik tussen de lege flesjes, drinkpakjes, bananenschillen en andere definieerbare en ondefinieerbare rotzooi, mijn afgedankte Gorillapod kunnen zien, mits de prullenbak in de tussentijd niet werd geledigd.
         Een van zijn drie buigzame benen brak gister af, van dat statiefje bedoel ik. Niet spontaan. Dat zeker niet. Ik had mijn zinnen gezet op het te dikke paaltje met het verkeersbord dat automobilisten verbiedt hier in te rijden, te dik voor mijn Gorillapod. Daaraan, aan dat paaltje, wilde ik middels dat slimme statiefje mijn camera klemmen om, met behulp van de zelfontspanner een foto te maken van mijzelf en mijn vrienden op de bank. (Tegenwoordig kun je zo’n ‘zelfontspannerfoto’ kort maar lelijk, ‘selfie’ noemen). Vaak ben ik eigenwijs, dus wilde ik per se doen wat bij voorbaat al niet mogelijk leek. Met het desastreuze gevolg.
         Op initiatief van de Gelderlander zaten we vanmorgen met een grote groep natuurliefhebbers, misschien honderd man, allen deelnemers aan de eerste ‘Natuurrondvaart met Gerrit Jansen’, opeengepakt in de Pannenkoekenboot. Gerrit Jansen, docent biologie, schrijft wekelijks een gezellig en informatief stuk over de natuur. Vanmorgen vertelde hij ons in geuren en kleuren wat wij buiten konden zien. Al direct verraadde Gerrit zijn onderwijzershart. Aan de hand van een stencil met kleurrijke voorbeelden leert hij ons klassikaal hoe namen tot stand komen. Bijvoorbeeld een kikker op een boomtak noemen we… Juist, een boomkikker. Ook laat hij ons zien dat wij in veel gevallen antwoorden kunnen vinden door goed te kijken, ruiken, proeven of voelen.
         Gistermorgen bewonderde ik met mijn vrienden de bloeiende meidoorns tijdens onze struintocht door de uiterwaarden langs de Waal. Een van hen vond dat het landschap door deze struiken een parkachtige uitstraling krijgt. We genoten vooral van de vele vogelgeluiden in de nabijheid daarvan. Ook Gerrit Jansen wees ons vanuit het motorschip op deze juweeltjes. Vanwege hun warrige takken en doornen noemde hij ze thuishavens voor zangvogeltjes zoals tuinfluiter, winterkoning, heggenmus, zwartkop en soms zelfs de braamsluiper.
         (Sorry Werner, de beflijster noemde hij niet!)
         Tot mijn verrassing stuitten we gistermorgen bij een van de vele Waalstrandjes op een flinke afkalving. Een misschien wel dertig jaar oude wilg vonden we volledig omsloten door het waalwater, bij een lage waterstand. Een groot deel van het wortelstelsel werd bloot gespoeld. Ik veronderstelde dat dit door het verlagen van de kribben is veroorzaakt. Desgevraagd bevestigde Gerrit Jansen dit. Hij greep dit bovendien aan als een kans om ons, zijn leergierige klas, te vertellen dat delen van onze oerbossen vanwege het nog ongetemd stromen van rivieren, vaak de vorm van een mangrovebos kregen.
         De foto is uiteindelijk tóch gemaakt. Een vriendelijke dame, zij kwam uit Noordwijk vertelde zij mij, vond ik bereid om zich in de plaats te stellen van het gesneuvelde statiefje en de zelfontspannerknop. En toen wij vroeg in de middag thuiskwamen van onze biologieles, vonden we een berichtje van Postnl: mijn nieuwe Joby Gorillapod Hybrid is tijdens onze afwezigheid bij de buren bezorgd. Ditmaal een steviger exemplaar!



Geen opmerkingen:

Een reactie posten