De
kwaliteit van mijn neus is overigens veel slechter geweest, zeker in
vergelijking met de snufferd van Stephen D. Gedurende vele jaren was mijn
reukvermogen dermate slecht dat zelfs de smaak van mijn maaltijden altijd vlak bleef.
Vanwege het roken? Welnee, antwoordde ik toenmaals. Ik weet het indertijd aan een beschadiging die
ontstond doordat ik mijn neus ooit misbruikte om knoopjes zo ver mogelijk weg
te blazen. Tijdens een van die pogingen zoog ik mijn longen vol in plaats van
ze leeg te blazen. Daardoor schoot de knoop diep naar binnen en bleef hardnekkig
steken, hoog in de neus, in de buurt van de reukzenuwen. Mijn moeder loste
dergelijke problemen graag zelf op maar haar verrichtingen baatten niet. Dus
toog zij met mij achterop de fiets naar het dorp. Ik herinner me de lange
instrumenten waarmee de dokter zich over mij heen boog. Eindelijk kwam de
boosdoener weer tevoorschijn, samen met een misselijk makende golf bloed.
Mijn
laatste sigaret rookte ik enkele minuten voor de lunch op een doodgewone
werkdag meer dan zevenendertig jaar geleden. Twee collega’s, verstokte rokers
als ik, waren met elkaar een weddenschap aangegaan, zo vertelden zij mij aan een
van de tafeltjes in het restaurant van onze werkgever Het Dorp in Arnhem. Diegene
die zes weken volharde in niet roken kreeg een krat Grolschbier. Ik deed mee en
won de wedstrijd maar het bier heb ik nooit ontvangen en nooit geclaimd. Ik
voelde mij meer dan beloond door de vervanging van het stempel Roker in Ex-Roker!
Reeds voordat de weddenschap eindigde kreeg alles dat ik at meer smaak. Mijn
neus en longen herstelden na meer dan twintig jaar zwaar te hebben geleden
onder een constante nicotine en teer vergiftiging. Pas toen ging ik beseffen
wat ik al die jaren had gemist, een ervaring waaraan ik moest denken toen ik
over Stephen D. las. Oliver Sacks schreef onder andere over hem in De man die zijn vrouw voor een hoed hield, een boek dat door Riky is
aangeschaft op aanraden van een anesthesist (vanwege haar ervaringen met hersenletsel
ontstaan door een subduraal hematoom).
Na weer
een avond vol stimulerende middelen beleefde Stephen D., student medicijnen,
een bijzonder heldere droom waarin hij een hond was in een wereld vol betekenisvolle
geuren. Het bizarre was dat hij daaruit wakker werd in een eindeloos
welriekende wereld waarin hij bovendien vele malen helderder kon zien en voelen,
gewaarwordingen die echter verbleekten bij de rijkdom aan geuren. Voor Stephen was
het alsof hij terugkreeg wat tijdens de ontwikkeling van de mens verloren is
gegaan. Hij had de neiging aan alles en iedereen te snuffelen en te voelen. In
de wachtkamer herkende hij individuele patiƫnten aan hun geur. Zijn geurbehagen
was overweldigend waardoor alles in zijn omgeving een nieuwe betekenis kreeg,
maar door de overrompelende directheid van al deze ervaringen kreeg hij grote
moeite met denken en categoriseren. Na drie weken kwam er plotseling een einde
aan deze opzienbarende verandering.
Een man
met een aangelijnde Bull Terriƫr komt mij tegemoet. Gezien de ervaring van
Stephen D. snap ik dat het dier alle ruimte die zijn riem hem laat benut om
zich aan mijn geuren te laven!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten