Als
kind was ik er al smoorverliefd op, op deze ‘zang’ en het unieke uiterlijk van
de vogel die daar, enkele tientallen meters boven pas geploegde akkers,
onophoudelijk acrobatisch en spectaculair buitelend uiting geeft aan zijn
opgewondenheid over paarvorming, nestbouw en gezinsuitbreiding die aanstaande
zijn: ‘Kievit, kieeeviiit ….kieeeviiit, viet, viet’. Zijn vleugels zijn breed en
stomp, bijna rechthoekig, en scherp ingesneden als de kantelen van een
middeleeuws kasteel. Ik herinner mij een van mijn eerste waarnemingen. Dat was
in het aardappelveld van buurman Jaap. Op enkele plaatsen hadden kieviten een
nestje grootgebracht. Een van de mannetjes stapte trots tussen twee rijen
verslapt aardappelloof, fier vanwege zijn opgestoken kuifje en de deftig glanzende
zwarte jas waaruit de zon een kopergroen met paarsblauwe gloed tevoorschijn
toverde. Tijdens zijn behoedzame tred keek de vogel voortdurend waakzaam om
zich heen. Volgens Jaap was het vrouwtje een tweede legsel aan het uitbroeden: ‘Niet
deer, ôor, hil ergers aars!’ Ze leiden je altijd van hun nest weg maar als je
er naar zijn zin te dichtbij komt wordt hij agressief. Op die manier bracht
Jaap zijn kennis en liefde voor de kievit op mij over in ruil voor mijn arbeid.
Op een van die dagen, ik meen dat we tulpenbollen aan het rooien waren, verscheen
er plotseling een nestje in mijn blikveld. Vijf gevlekte puntige eitjes in een
glad kuiltje dat bekleed was met verdroogd plantengewas. De aanstaande moeder
had het kort daarvoor ongezien verlaten. Jaap vond het goed dat we een aantal
bollen lieten zitten waardoor we het nestje niet kapot hoefden te maken en ik
hoopte vurig dat de kievitenmoeder haar broedsel met succes groot zou brengen. Of
mijn wens ook is uitgekomen? Ik hoop het maar waarschijnlijk wist Jaap wel dat onze
ongewilde verstoring fataal zou blijken.
Yvonne Jaspers
deed niets onwettigs, naar het oordeel van de rechter, maar vanwege de manier
waarop zij zich tegen kwade tongen verweerde beschadigde zij haar glimmende
imago. Vanuit mijn luie stoel zag ik het gebeuren. Ik ergerde me aan de scherpslijpers
en dacht aan de woorden van de man die in deze Stille Week centraal staat: Wie
zonder zonden is werpe de eerste steen. Als iedereen dit advies omhelst zou het
oorverdovend stil zijn gebleven over de vermeende fout van Yvonne Jaspers. Het
is waarschijnlijk jaloezie die pen en tong zo scherp maken, denk ik, want wie heeft
zoveel succes als Yvonne? Dus meid, verbijt je pijn en doe als de kievit: kop
op! En wat goed is voor mijn spieren is ook goed voor jouw carrière: blijf
bewegen!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten