Vandaag hebben de wilde
kersenbomen, die mooi van ouderdom zijn en hoogstammig, zich volledig in feestkleding
getooid als bruiden op weg naar Kanaän. Daartegenover oogt de voormalige fruitboomgaard
leger dan leeg. Doordat er geploegd en gevreesd werd, is aan de bodemstructuur
niet langer zichtbaar waar precies fruitbomen rijen vormden. Zullen ze hier
ooit weer bloeien en in de vroege herfst zwaar behangen met uitgerekte conferences?
In Wadway speelde
zich een dergelijk tafereel af in het klein. Toen mijn vader het huis met de
wagenstalling in 1934 kocht was bij de koopsom een bescheiden boomgaard inbegrepen.
Die oude fruitbomen moesten zo’n zeventig jaar geleden wijken voor het paard dat
behoefte kreeg aan meer bewegingsvrijheid en voor een moestuin om het nagenoeg
onstuitbaar uitdijende gezin te voeden. Annie vertelde er onlangs over. Ook over
die heerlijke peren aan die oude bomen. Het waren gele joekels, hemels zoet en
sappig als rijpe watermeloenen. Ik schopte toen nog wat rond in moeders buik of
was nog te jong om ze te hebben gezien of geproefd. Evengoed liep het water me
in de mond toen mijn zus ze beschreef want ik herinnerde me de suikerperen van
Kees Ep die wij, kwajongens nog, af en toe uit zijn boomgaard pikten. Je had
niet altijd de tijd om te kiezen want Kees was er als de kippen bij met zijn
wandelstok in de aanslag. Dan had je wel eens een peer in je hand die eerder
door wespen was uitgekozen (en als je pech nog groter was werd je gestoken door
zo’n geelzwart gestreepte jongen). Aangevreten aten we ze evengoed en terwijl
het sap zomerwarm langs onze kinnen drupte keken we verlangend uit naar onze
volgende strooptocht. Sorry Kees.
Tegenwoordig is de
kwaliteit van peren minder, lijkt het wel. Neem de conference die Riky bijna
dagelijks eet. Bijna altijd als deze peren iets te lang rijpen rotten ze vanuit
het klokhuis weg. Aan de buitenkant is hun ruwe bruin geroeste vel onaangetast,
maar snijdt je ze nietsvermoedend doormidden is het direct duidelijk, rot! Nee,
dan de peren van Jaap, waarvan een hele rij tot aan het Magdalenakerkje langs ’t
Laantje stond. Keiharde knarren leken het. Hoe je ook je best deed, je tanden
kreeg je er niet in! Maar ze ondergingen een metamorfose als je ze als breekbare
eieren op een donkere maar droge plaats in huis uitlegde. Na verloop van meerdere
weken kwam de verrassing! Zacht, honingzoet en sappig als, ja, als de rijpe suikerperen
van Kees. Het klokhuis zoog je tot op de zure vliesjes en pitten leeg. Nooit meer
proefde ik een lekkerder peer.
Aanvankelijk meende
ik dat die van de Weeropper de boel heeft verkocht, maar de stapel nieuwe
steunpalen doet vermoeden dat de hele aanplant wordt verjongd. Hé, bedenk ik
mij nu, zal het een met het ander samenhangen? Wordt de kwaliteit van de conference
hier verhoogd?
Deze reactie is verwijderd door een blogbeheerder.
BeantwoordenVerwijderen