vrijdag 6 oktober 2017

Griezelen

Kinderboekenweek. De bibliotheek nodigt kinderen uit om te komen griezelen. Dat kan tot 15 oktober met boeken als De Griezelbus van Paul van Loon of Kippenvel van Robert Lawrence Stine. In ons ouderlijk huis waren weinig kinderboeken. Zeker geen boeken om te griezelen, al bezaten wij wel een sprookjesbundel: De sprookjes van Moeder de Gans. Die las en herlas ik vele malen.
Mijn liefde voor het lezen ontstond door een boek dat verhaalde over de reis van een Sami-gezin, vader en moeder en een pasgeboren kind. Vanwege de geboorte van dat kind konden zij de rendierkudde niet volgen op hun jaarlijkse voedseltrek, maar trokken later in het spoor van de kudde, hun stamleden achterna. Soms mochten wij van meester Van Gemert vrij tekenen, lezen of een ander nuttig schoolwerkje doen. Meestal wilde ik tekenen, maar niet op de dag waarop mijn lezende toekomst begon. Misschien heb ik gedacht ‘nu moet ik maar eens een echt boek lezen!’, toen ik het tamelijk dikke exemplaar uit de wandkast trok. 
In mijn beleving werd ik reeds op de eerste pagina door een angstige nieuwsgierigheid gegrepen, begon in die eerste alinea’s al een woeste achtervolging: de rendieren die de slee door de diepe sneeuw trokken hadden duidelijk last van de harde wind waardoor het voertuig heftig slingerde en de glijders over bevroren sneeuwranden bonkten. De man trok stevig aan de leidsels van het rendierspan om het gevaarte in het spoor te houden terwijl de vrouw een korf met daarin haar in een deken gewikkelde kind zorgzaam tegen zich aantrok, ervoor zorgend dat het niet over de rand van de slee zou kieperen. Boven de aanwakkerende wind klonk het gehuil van wolven. De rendieren werden onrustig en begonnen te snuiven. De jonge vader spoorde zijn dieren tot groter spoed aan. Eerst klinkt het angstaanjagende geluid nog ver weg en vuurt de man het span aan tot grotere snelheid. Maar allengs klinkt het gehuil dichterbij en overvalt angst de mensen in de slee en de dieren in het tuig. Plotseling stonden deze met een schok stil en bijna op hetzelfde moment verscheen over de heuvelrand een troep wolven. Dol van schrik begonnen de rendieren te rennen en trokken daarbij in een woeste vaart de bijna kantelende slee met zich mee de heuvel af…
Het duurde vele pagina’s voordat het mij duidelijk werd dat zij het tegen dit pak woeste roofdieren zouden moeten afleggen. En het was bovendien helder dat ik het boek wel uitlezen moest! Dat vrije uurtje was daarvoor echter veel te kort. Mag ik het boek mee naar huis nemen? Geen denken aan! Meester raadde mij aan om het bij de uitleenbibliotheek in het dorpshuis te halen. Dat kon op zondag na de hoogmis. Zo ontdekte ik niet alleen dat een boek lezen een wonderbaarlijke belevenis is (je leest niet alleen het verhaal, maar beleeft het mee!), maar ook kasten vol boeken die ik zomaar lenen mocht! 
Dat eerste boek dat ik van kaft tot kaft las, heeft mij nooit meer verlaten. De herinnering daaraan, bedoel ik. Een paar jaar nadien heb ik het gezocht omdat ik het zo graag nog eens lezen wou. In bibliotheken en(tweedehands) boekwinkels zocht ik, en nog weer later via internet. Tevergeefs. De titel en de naam van de auteur waren en zijn mij helaas nog steeds ontschoten.
Tegenwoordig hebben we eigenlijk geen boek nodig om te kunnen griezelen. Zelfs Stephen King kan met zijn verhalen niet concurreren met de werkelijkheid. Neem nou die moordpartij in Las Vegas. Of hoe is omgegaan met de onafhankelijkheidwens van een deel van Spanje, zodat wij nu angstig de ontwikkelingen in een Europees land afwachten. Overigens, ik durf beweren dat onder leiding van Eberhard van der Laan, die gisteravond veel te vroeg is overleden, deze al dan niet gerechtvaardigde wens van de Catalanen in goede banen zou zijn geleid!



Geen opmerkingen:

Een reactie posten