dinsdag 13 augustus 2013

Definitief

Vanaf vandaag zijn mijn hardlooprondjes weer plat. Natuurlijk hebben we in ons vakantieoord (Breitenberg, Duitsland) het verschil proberen te duiden. Nee, Amsterdam kunnen we vanuit Nijmegen niet zien liggen, maar dat een deel van het land zelfs onder de zeespiegel ligt vindt men verbijsterend, eigenlijk net zo verbazingwekkend zoals wij tegen hun bergen aankijken en het uitzicht vanaf de hoogste punten bewonderen.
Aan het einde van de Hommelstraat word ik getrakteerd op dikke waterdruppels die de bomen een poosje voor mij bewaarden. Een valt rechtstandig in mijn shirtje en maakt mij extra alert. Het is alsof de schuldige, een notenboom op aandrang van de wind, daarmee zeggen wil: kijk uit je doppen! Als ik dat advies niet had opgevolgd zou het kleine vogeltje dat zo’n vijf meter vóór mij in de berm scharrelt, ik ren inmiddels op de Waalbandijk, niet hebben gezien. Het vliegt zingend op waaruit ik opmaak, meer uit de zang dan uit het vliegbeeld, dat het om een zwaluw gaat. Bijzonder, vind ik, omdat ik deze vogels nog nooit op of in de grond zag fourageren. Zij zoeken en vinden hun voedsel immers gewoonlijk tijdens hun vlucht.
Een groot verschil, dit vrolijke kleine vogeltje met the breaking news gistermiddag! Terwijl ik verder ren gaan mijn gedachten als vanzelf naar het overlijden van prins Friso. Wij hadden nog zo’n vijftig kilometer te gaan op onze thuisreis. Ik had nog maar net de autoradio afgestemd op Nederland1, toen wij om vijf over drie de mededeling van de Rijksvoorlichtingsdienst hoorden (als ons later de vraag wordt gesteld; “Waar was jij toen…”, zullen wij ons deze rit door Duitsland, op de A57 net voorbij de afslag Goch, waarschijnlijk gemakkelijk herinneren.)
Natuurlijk, dit overlijden kwam niet echt onverwacht. En ja, het is denkbaar dat zijn naasten tegelijkertijd bedroefd en opgelucht zijn. Verdrietig vanwege het verlies, alle hoop op een wonderbaarlijk herstel definitief de bodem ingeslagen, maar blij voor Friso dat er een einde aan zijn lijden is gekomen. Deze gevoelens zijn denkbaar, maar wat je werkelijk ervaart, dat voel je pas als zo’n noodlot jou met een van jouw naasten overkomt.
Cor, de man van Ina, mijn oudste zus, kan zich misschien gemakkelijker indenken hoe diep deze tragedie is voor prinses Mabel. Hoewel het leven van mijn zus zich afspeelde in een ondoorzichtig huis tegen dat van de prins in een huis van melkglas, en Ina bovendien binnen enkele ogenblikken stierf, is er toch vergelijking mogelijk: doordat een van hun zonen zich onbereikbaar in een Zuid-Amerikaans natuurgebied ophield werd haar begrafenis zo lang mogelijk gerekt. Daardoor ontstond voor Cor gewenning: iedere morgen was zijn eerste gang naar de logeerkamer waar zij lag opgebaard. En zo vaak als hij de behoefte voelde kon hij haar zien en aanraken. Natuurlijk, mijn zwager realiseerde zich heel goed dat zijn dierbare vrouw van hem was heengegaan. Maar, zoals hij mij nadien vertelde, had hij het gevoel dat hij opnieuw afscheid van Ina moest nemen toen de dag van de begrafenis uiteindelijk aanbrak.
Het is opvallend dat de wilde cichorei zich zo goed heeft hersteld van de laatste maaibeurt. Het laat al zijn concurrenten ver achter zich en hoeft niet zulke lange stengels te maken om maximaal van het zonlicht te profiteren. Ik heb sterk de indruk dat het blauw van zijn bloemen nog dieper en intenser is dan voordat het gras werd gemaaid – met fatale gevolgen voor deze en andere prachtige wilde planten en bloemen.
Het levenslustige vogeltje en de uitbundig bloeiende cichorei zeggen als het ware: het leven van ieder individu eindigt definitief, vroeger of later, toch gaat het leven door!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten