dinsdag 22 juli 2014

Kwijt

Ongeveer op driekwart van de route van mijn hardlooprondje mis ik mijn zakdoek. Nu zul je jezelf misschien afvragen, wat is dat voor een hardloper? Welke hardloper heeft eigenlijk een zakdoek nodig?
         Ja, je hebt gelijk. Dat ziet misschien wel vreemd, een hardloper die zijn neus in een zakdoek snuit. En ik geef toe, persoonlijk zag ik nog nooit een professionele hardloper een zakdoek gebruiken, noch een tennisser, schaatser, wielrenner of een voetballer. Het enige dat ik er tegenin kan brengen is dat ik geen professionele sporter ben. Ik ren puur om het plezier. En als niet-professionele hardloper heb ik graag een zakdoek bij de hand voor het geval ik die nodig heb.
         Sportkleding is er niet op gemaakt, om een zakdoek bij je te kunnen dragen bedoel ik. In het broekje dat ik nu draag zit een klein zakje die met een rits kan worden afgesloten. Daarin kan een huissleutel en met enige moeite mijn mobieltje. Daarbij nog een snotvod lukt niet. Bovendien is het lastig en risicovol, tijdens het rennen, dat zakje te openen en die doek eruit te trekken. Daarom klem ik dat ding eenvoudig onder de band van mijn broek.
         En juist daar zit het nu niet. Het kan niet anders, ik ben het ergens op de route verloren.
         In de wetenschap dat ik mijn zakdoek kwijt ben, gebruik ik mijn vingers en ren verder, inmiddels weer door de hoofdstraat van het rustige plaatsje Goldisthal, waar ons vakantieverblijf staat. Een lijnbus passeert mij en stopt iets verder om een oude dame uit te laten stappen. Zij loopt zo krom dat ik mij maar moeilijk kan voorstellen dat zij verder voor zich uit kan zien dan tien meter.
         Nog een paar honderd meter, dan verschijnt de afsluiting van de weg. Het gaat hier niet verder vanwege een damwand die dit dal in twee delen heeft gesneden. Het grootste deel vormt nu een stuwmeer (het grootste van Europa, waarmee potentiële gravitatie-energie wordt opgewekt.) Ik besluit om langs dezelfde weg terug te rennen zodat ik misschien mijn zakdoek vind.
         Vanmorgen bleek dat er nog iemand iets kwijt was. Bij hem betrof het niet iets simpels als een zakdoek, maar zijn gezonde verstand (vooropgesteld dat hij die bezeten heeft.) Volgens de Gelderlander van deze morgen wil Dick de Roode uit Echteld zijn Vierdaagsekruisje niet behouden. Hij vindt het verkeerd dat de Vierdaagseleiding de intocht sober heeft gehouden vanwege de ramp met vlucht MH17. De Roode voelt zich bestolen. Hij had een feestelijke Vierdaagse-intocht verdiend. Nu, vindt hij, zal hij altijd een nare herinnering aan dit vierdaagsekruisje houden. “…ik heb hiervoor een jaar getraind en afgezien”, zo beklaagt hij zich.
         Wij, de overige Vierdaagslopers, zouden Dick kunnen voorhouden dat er sowieso een nare herinnering blijft kleven aan deze (achtennegentigste) editie van de Vierdaagse. Of de intocht over de ‘Via Gladiola’ nu wel of niet feestelijk is geweest. De herinnering aan zoveel onschuldige slachtoffers blijft. Maar ik ben bang dat tegen zoveel egoïsme als dat van De Roode, geen kruid gewassen is.
         Opnieuw ren ik over de Rotseifenberg en de Wurzelberg, eerst steil omhoog en dan weer naar beneden. Geen verloren zakdoek, niets.
         Toch, op het laatste stukje vind ik het, namelijk op het kastje naast de buitendeur!
        

         

Geen opmerkingen:

Een reactie posten