Af en toe drijven doffe knallen van
voortijdig ontstoken vuurwerk op de zuidoostenwind in mijn richting. De echo’s
sterven weg zodra zij mij gepasseerd zijn. Blijkbaar zijn de mezen in het
rijtje wilde kersenbomen langs de Hommelstraat de laatste dagen gewend geraakt
aan deze rouwe herrie. Zij zingen alsof de lente op het punt van uitbreken staat.
Drie, tel ik er, drie koolmezen die op kleine insecten jagen. Onderwijl ik hun
capriolen bekijk zie ik door de kale takkenkruinen een reiger, enige tientallen
meters verderop, slordig opvliegen om naar prooidieren zoals roekeloze kikkers
of nieuwsgierige mollen te speuren in de strakke graanvelden waarover de jonge wintertarwescheuten
reeds een zachtgroene glans leggen.
Bij nadering van de kruising met de
Dwarshommelstraat hoor ik een buizerd janken. Misschien is hij net zoals ik
minder gecharmeerd van de primitieve knallen, maar heeft hij meer moeite om het
gelaten langs zich heen te laten gaan, deze uiting van, ja, van wat eigenlijk?
Het kan natuurlijk ook zijn dat dit zijn eerste ervaring met het
oudjaarknalwerk is, dat met jagen, zijn ultieme lotsbestemming, niets te maken heeft. Na enig speurwerk zie ik hem hoog in de blote
kastanjeboom zitten. Uitermate oplettend want zodra hij gewaar wordt dat ik hem
in het snotje heb, springt hij op en verdwijnt mauwend in de perenboomgaard van
de Weeropper.
Onze dag begon ongeveer tegelijkertijd
met de vaststelling dat onze warmwatervoorziening het in de loop van de
afgelopen avond of nacht heeft laten afweten. Persoonlijk had ik daar geen last
van: het restje in de zonneboiler volstond om mij te wassen en te scheren –
voor de laatste keer in 2013, maar dat realiseerde ik mij niet. Riky verliet
naakt en onverrichter zake de inloopdouche. In haar pyjama toog zij vervolgens
naar ‘de buurtjes’. Ach, miniem ongemak
op de laatste dag van het jaar: terwijl ik over de Waalbandijk ren, waarbij de
laaghangende zon mijn nek en rug een beetje probeert op te warmen, denk ik aan
de teams die waarschijnlijk reeds klaarstaan om uit te rukken. Brandweerlieden
en ambulancepersoneel die zich opmaken om reddend op te treden – waarbij zij,
God beter’ het, moeten hopen daarbij niet gehinderd te worden door bezopen, agressieve
slachtoffers of omstanders – en afdelingen spoedeisende hulp zich opmaken om vuurwerkverwondingen
te behandelen. Uit hoeveel ogen zal over enkele uren het licht worden weg
geknald? Hoeveel handen worden komende dag en nacht afgerukt? Tot nu toen waren
dat er geloof ik twee, twee levenslange verminkingen veroorzaakt door
‘vuurwerkknutselaars’. Hoe gek moet je zijn?
Gek? Kom op Simon! ‘Het ultieme geluk!’
Zo beschrijven sommige mensen, meestal jonge mannen, het afsteken van vuurwerk.
In gedachten zie ik de opgeschoten jongens zo meteen door onze straat lopen. Bekleed
met een overwinnaarsgrijns. Over de volle breedte komen zij, omhangen met een opbollende
tas, als ware het de buidel van een kangoeroe, een verplicht vuurwerkbrilletje
op of vaak losjes in een (nog ongeschonden) hand, links en rechts rotjes om
zich heen verspreidend. Af en toe een diepe, doffe knal en opspringende
putdeksels veroorzakend.
Ultiem geluk? Doe mij maar een jankende buizerd, zingende koolmees of een speurende reiger.
Ultiem geluk? Doe mij maar een jankende buizerd, zingende koolmees of een speurende reiger.
Als om mij in mijn gevoel te
bevestigen, vliegt op mijn nadering een flinke groep spreeuwen op uit de
fruitboomgaard van Winnemuller. Een prima plek deze dagen voor liefhebbers van
overrijp fruit. Aan de bladloze takken van de appelbomen hangt nog voldoende om
honderden vogelmagen te vullen. Deze vlucht bestaat uit ongeveer vijftig
vogels. Zij verdwijnen in de richting van het
Roodslag, maar zullen ongetwijfeld terugkeren naar deze rijke
‘voedertafel’.
De laatste jaren meldden de media: de
oudejaarsnacht is relatief rustig verlopen. Later lees je over de zwaargewonden,
soms zelfs doden, de schade veroorzaakt door ‘vreugdebrandjes’ en komen oor- en
oogspecialisten aan het woord. Hoeveel ellende moet er nog passeren voordat wij
het afsteken van vuurwerk aan deskundigen overlaten?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten