De
buitenthermometer gaf ruim twaalf graden aan op deze nog jonge voorjaarsdag. De
sterfdag van onze Mientje. Zij leed mysterieuze pijnen, er was iets met haar
voet. Dat het zo’n vaart zou lopen beseften wij niet. Laat in de middag van deze
dag, nu dertig jaar geleden, ontvingen we het alarmerende bericht en moesten we
onze kinderen vertellen dat hun tante Mientje gestorven was.
Wij missen onze schoonzus nog altijd en verbinden haar overlijden met de integratie van ons gezin in de samenleving van Beuningen.
Wij missen onze schoonzus nog altijd en verbinden haar overlijden met de integratie van ons gezin in de samenleving van Beuningen.
Peinzend
over de treurnis van die dagen nader ik de restanten van de voormalige keuterboerderij
van de familie Roelofs aan het einde van de Hommelstraat. Mientje zag uit naar
een bezoek aan ons viertjes in ons splinternieuwe huis, zo spoedig de conditie van
haar voet dat zou toelaten (hetgeen helaas niet zo heeft mogen zijn). Hier wacht
niemand meer op zo’n gezellig bezoekje: waar de asbestopruimers
enkele weken geleden het sloopwerk begonnen, rest nu nog kale bouwgrond. Dit
kleine kale plaatsje, het karkas van de varkensstal en een bouwvallig schuurtje,
dat nog is afgedekt met een nagenoeg geheel in elkaar gestuikt pannendak, zijn de
dingen die nog herinneren aan de kleine boerenwoning.
Het
leven zit vol kleine verrassingen en toevalligheden: op het moment dat ik hardlopend
bij het sloopterrein arriveer vertrekt een bedrijfswagen en manoeuvreert een
andere chauffeur zijn vrachtwagen vol sloopafval teneinde zijn collega te
kunnen volgen. Op de valreep ontdek ik wie de sloop (en waarschijnlijke
nieuwbouw) verzorgt: de firma Van Vulpen.
Dit aannemingsbedrijf is eigendom van Klaas, zoon van Ida die partner en
mantelzorger is van Nico, mijn zonnebloemvriend die ik vanmiddag een kort
bezoekje ga brengen.
Terwijl
ik over de Waalbandijk ren probeer ik mij voor te stellen hoe het leven in dat
gesloopte boerderijtje kan zijn geweest. Waarschijnlijk had boer Roelofs land met
maïs, tarwe, aardappelen en bieten buitendijks tussen de Waalbandijk en de
Waal. Een stukje weiland met een paar koeien, varkens en een toompje kippen bij
huis. Er zijn misschien kinderen geboren en opgegroeid. Het straatje en de
stoep bij de voordeur op de zaterdagen geschrobd. Gestoft, de ramen gelapt,
vloeren geveegd en schoongemaakt. Soms, als er voldoende geld was gespaard, is de
huiskamer opnieuw behangen, werden de plafonds en de muren van het keukentje fris
gewit.
(Ik
herinner me een oude vrouw (vrouw Roelofs?) die bolsters en bladeren van de
kastanjebomen bijeen veegt en het kleine stukje grind langs de weg
aanharkt.)
Dit
alles is voorgoed in het gat van het verleden verdwenen. De restanten zojuist
afgevoerd alsof er nooit iets is geweest.
Gelukkig
hebben we de foto’s nog! Helaas niet van mensen en dieren, maar wel van het
huis. Intieme inkijkjes die veel te raden laten zoals dat van het bed met de
strop. Nieuwsgierig? Wim Piels is de fotograaf. Je vindt ze via zijn rubriek ‘Beuningen diversen’ en ‘Huize
Roelofs’.
Misschien
bleven er ook tastbare herinneringen bewaard, zoals Ben, de jongste broer van
Riky, enkele dingen aan het ‘gat van het verleden’ ontnam toen hun ouderlijk
huis werd gesloopt. Zoals de sleutel waarmee hij ettelijke malen de kastdeur
ontsloot en weer sloot, en de bronskleurige metalen pen waarmee het schuifraam
in de huiskamer kon worden geborgd. Die dingen bewaarde hij gedurende meer dan
dertig jaar om ze onlangs aan zijn zus door te geven.
Herinneringen
blijven, al het andere vergaat of gaat verder zoals Mientje dertig jaar geleden
zonder ons is verdergegaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten