vrijdag 16 januari 2015

Elske

Op het moment dat ik mij realiseer dat ik gistermiddag ben vergeten om mijn kapper een compliment te geven zie ik dat het schapenweitje tegenover de fruitgaarden van de familie Engelen onder water staat. Een buizerd laat zich uit een hoge boomtak vallen, zweeft jankend over de waterplas en vindt een nieuwe zit op een weidepaaltje onderaan de dijk. Hij weet als geen ander dat er een evacuatie naar hoger gelegen gronden bezig is. Talrijke leden van veldmuisfamilies zoeken haastig verlaten holletjes in de wintergrasmat van het dijktalud of geschikte plaatsen om een nieuwe veilige haven te graven, en letten daardoor wellicht minder op gevaren uit de lucht. Zo vormen zij een gemakkelijke prooi voor een roofvogel op een weidepaaltje.
         Ik weet zeker dat de vogel mij ziet, zo goed als ik hem in het vizier heb. Maar alles in zijn houding duidt er op dat hem dat niet zint: hij wil mij niet zien of wil niet dat ik hem zie. Hij kan zijn kop niet in het zand steken, zoals een struisvogel dat kan. In plaats daarvan draait hij zich geleidelijk van mij af. Terwijl ik hem passeer zit hij met zijn rug naar mij toe, zogenaamd turend naar prooi als een hengelaar naar roerloze dobbers.
         Verder joggend pak ik mijn gedachtegang weer op. Tijdens mijn laatste bezoekje aan Elske ontdekten we dat wij bij dezelfde kapper – de Turkse kapsalon Color & Style – onze haren laten fatsoeneren. Daar keek ik van op. Dat zou jij ook doen als je Elske kent: zij loopt zowat met haar neus op de vloer, zich links en rechts steunend aan de vele zwaar gedateerde meubeltjes in haar gezellige huiskamer. Zij zou er beter aan doen gebruik te maken van haar loophulp, maar dat ding veronachtzaamt zij liever (terwijl zij toch al geregeld gevallen is.)
         “Ik wist niet dat zij ook aan huis knippen!”
         “Doen ze ook niet,” zegt Elske met een zekere voldoening, “zij halen mij op en brengen me weer thuis.”
         “Zo! Wat lief.” Dat vindt Elske ook. Het maakt haar leven rijker, zulke mensen om zich heen. Toen haar man nog leefde ging die met haar mee. Vaak liet hij dan ook zijn haren doen. Haar blik gaat naar binnen en ik realiseer mij dat daar een filmpje is opgestart. Ik kan niet anders dan haar vragen hoe lang het nu geleden is.
         Elske vertelt…
Het was een zonnige morgen. Zoals gewoonlijk was ik al vroeg uit bed – ik ben een ochtendmens, nog steeds. Mijn man sliep graag lang uit. Ik had al ontbeten en een witte was in de machine gestopt toen ik hem ging vragen of hij een kopje thee wilde…
(zij vond hem dood in bed, dacht ik toen.)
…ik bleef even bij hem om de gordijnen open te schuiven en nam het lege kopje mee naar beneden terwijl hij opstond: “Zo zie ik je het liefst,” zei hij grijnzend, “daarom ben ik met je getrouwd!”
Als gewoonlijk lachte hij bulderend om zijn eigen grap en ik had moeite om de trap af te komen (Elske lacht zacht kakelend bij deze herinnering).
We dronken samen koffie en lazen de krant – dat vonden we beiden het gezelligste moment van de dag. Hij ging de dakgoten schoonmaken en ik had ook genoeg te doen.
Toen ik met de planten bezig was zag ik hem vanuit de huiskamer de trap beklimmen.
         Even is Elske stil. Dan vervolgt zij:
Ik kwam uit de keuken met een volle plantengieter toen ik de trap langs het raam zag vallen en mijn man er achteraan. Terwijl de gieter tegen de vloer sloeg rende ik naar de voordeur. Daar lag hij in de voortuin. Een paar struiken hadden zijn val gebroken. Geen schrammetje was te zien, het leek alsof hij sliep.
Buren hadden hem al eerder op de trap zien wankelen en even later werden zij gealarmeerd door aluminium gekletter. Zij hebben hem naar binnen geholpen en de huisarts gebeld.
         In afwachting van de dokter lag mijn man daar op de bank. Hij was heel erg moe.
         Ik kon niet mee met de ambulance.
Dat vind ik zo erg; hij is meegenomen en ik heb hem nooit meer levend terug gezien. Zo maak je samen plezier terwijl je niet beseft dat over enkele uren je leven drastisch gewijzigd is.
        
Opnieuw met het verhaal van Elske vers in het geheugen ga ik op huis aan, toen op de fiets en nu hardlopend. Andermaal neem ik mij voor mijn kapper de eerstvolgende keer te bedanken: zulke aandacht geeft vertrouwen in de toekomst.
        

         

Geen opmerkingen:

Een reactie posten