Diep in gedachten en met spijt dat ik mijn handschoenen
thuis liet liggen, ren ik de treden van de dijk op. De derde biels neem ik
slechts met de neus van mijn linkervoet. Dat is onvoldoende. Vooral nu de
bielsen glibberig zijn van de mist. Met
behulp van mijn handen kan ik diepgaander contact voorkomen. Sufferd, mopper ik
op mijzelf, terwijl ik de nattigheid van mijn handen sla. Ik ben vooral opgelucht
dat er geen getuigen zijn, dacht ik, want zodra ik mijn hoofd boven het asfalt
van de Waalbandijk uitsteek word ik luidruchtig uitgelachen door een kraai. Dat
doet hij veilig vanaf zijn hoge zitplaats – de paal waarop de gemeente een bordje heeft geschroefd
dat hardlopers naar rechts wijst. Ik wil de kraai vertellen dat hij gelijk
heeft, dat mijn duikeling van onhandigheid getuigde, maar krijg geen kans omdat
hij er direct en met veel geraas vandoor gaat. Dat is jammer temeer omdat ik
hem ook een advies had willen geven vanwege de onwelluidendheid van zijn stem.
Probeer zangles van Amira Willighagen te krijgen, had ik hem willen zeggen.
Vandaag vergat ik mijn handschoenen, maar ik
moet bekennen dat ik vaker iets vergeet. Afgelopen woensdag winkelde ik bij
Albert Heijn. Snel iets lekkers kopen vanwege de geboortedag van Wim, mijn oude Zonnebloemvriend.
Zijn vierennegentigste alweer! Voor de drie geopende kassa’s stonden
lange rijen. Ik voelde spijt dat ik geen gebruik had gemaakt van een
handscanner en probeerde niet op mijn horloge te kijken. De dame voor mij
laadde haar laatste boodschap uit haar winkelwagen, draaide zich naar mij om en
zei: “Deze kassa gaat sluiten hoor!” Zij zei het met een intonatie alsof ik dat
had moeten weten. Daarin had zij misschien gelijk, hoewel ik geen
waarschuwingsbordje op de boodschappenband zag.
Ik heb de dame geen antwoord gegeven, heb haar ook niet bedankt geloof ik. Wel kreeg ik een beeld van de handscanners bij de ingang en ben, klanten en winkelwagens ontwijkend, haastig terug gelopen, ondertussen mijn bonuskaart uit mijn portemonnee peuterend. Gelukkig waren er twee afrekenzuilen vrij. Scanner weggehangen, bonuskaart uit laten lezen…
Ik heb de dame geen antwoord gegeven, heb haar ook niet bedankt geloof ik. Wel kreeg ik een beeld van de handscanners bij de ingang en ben, klanten en winkelwagens ontwijkend, haastig terug gelopen, ondertussen mijn bonuskaart uit mijn portemonnee peuterend. Gelukkig waren er twee afrekenzuilen vrij. Scanner weggehangen, bonuskaart uit laten lezen…
De AH-medewerkster, vanuit het niets stond zij
achter mij, zegt iets wat ik niet versta. Ik kijk naar haar om en stamel: “Er
is iets fout, hij doet het niet!”
“Inderdaad, zegt zij opgewekt, dat klopt. U moet worden gecontroleerd.” Zij kijkt op het uitleesvenster en vervolgens naar de boodschappen onder mijn arm. Dat is het moment waarop ik mij realiseer waar ik eigenlijk mee bezig ben. Ik heb die scanner helemaal niet gebruikt! Ik probeer artikelen af te rekenen die niet gescand zijn! Ik krijg het warm. Liefst zou ik in het niets verdwijnen. Natuurlijk verontschuldig ik mijzelf en probeer het hoe en wat uit te leggen, maar dat maakt mijn situatie niet duidelijker.
“Inderdaad, zegt zij opgewekt, dat klopt. U moet worden gecontroleerd.” Zij kijkt op het uitleesvenster en vervolgens naar de boodschappen onder mijn arm. Dat is het moment waarop ik mij realiseer waar ik eigenlijk mee bezig ben. Ik heb die scanner helemaal niet gebruikt! Ik probeer artikelen af te rekenen die niet gescand zijn! Ik krijg het warm. Liefst zou ik in het niets verdwijnen. Natuurlijk verontschuldig ik mijzelf en probeer het hoe en wat uit te leggen, maar dat maakt mijn situatie niet duidelijker.
“Vanmorgen had ik er weer een,” vertelt de
verkoopster die avond aan haar vriend, “zo’n ouwe kerel! Wilde een paar
dingetjes zonder betalen de winkel uitsmokkelen. Brutaalweg onder zijn arm!” Ik
kan het mij voorstellen. Daar leek het wel op. Voor hetzelfde geld had zij mij
streng toegesproken, haar baas er bij gehaald of mij voor een goed gesprek
meegenomen naar het kantoortje. Gelukkig niets van dat alles. Ik mocht mijn
spulletjes netjes bij haar afrekenen en alsof er niets was gebeurd de winkel
verlaten.
Henk Spaan kwam deze week ook uit de kast.
Tijdens ‘Goedemorgen Nederland’ (KRO) bekende hij, in de rubriek ‘Het ochtendhumeur van…’, dat hij zichzelf
op ernstige vergeetachtigheid had betrapt. Hij pinde geld, lette goed op dat
hij zijn pinpas zorgvuldig opborg voordat hij bij de automaat vertrok maar liet
zijn geld, driehonderd euro, in de sleuf zitten!
Ik sluit mij aan bij het advies van Henk. Vertrouwend
op mijn geheugen is dat: maak je geest helemaal leeg voordat je geld gaat
pinnen. Ik voeg er aan toe: doe dit ook tijdens traplopen en vooral als je boodschappen
gaat doen!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten