zaterdag 29 oktober 2011

Verhuizen

vrijdag 21 oktober 2011  De twijfel is voorbij, hij is niet meer. De voorpagina van de Gelderlander laat deze morgen een foto zien met daarop de Libische dictator. Op de gezichten van de vrijheidsstrijders woeste vreugde, vol en puur. Het nieuws gonst de wereld rond. De natuur laat van deze opwinding gelukkig niets merken. Het is prachtig herfstweer, een blauwe hemelkoepel, een warm zonnetje. Kortom, de oudewijvenzomer is weer actief.
Tijdens het lopen denk ik aan verhuizen. Waarschijnlijk vanwege het redactionele artikel, in dezelfde Gelderlander, met de treffende titel “Begonnen in een paleis, geëindigd in een buis”. Zo gaat dat volgens Dick Hofland en Cees van Zweeden, met dictators die zichzelf onaantastbaar achtten. Hun hypothese over de Syrische dictator Assad luidt: “Misschien is hij ook al op zoek naar een geschikte buis om te schuilen.” Dat kreeg mijn handen op elkaar. Ik at mijn boterham met pure chocoladehagelslag, maar lei mijn eetgerij er toch graag voor opzij!
Misschien ook vanwege het busje dat ik bij het appartementencomplex aan de Tempelstraat zag. Openstaande portieren laten interieurspullen zien. De tijdelijke verhuizing uit mijn jeugd komt langs. Het is april 1962. Wij gaan een nieuwe bovenverdieping op ons ouderlijk huis bouwen. Ik zeg wij omdat het in eigen beheer kan, mijn broers en zussen met hulp van moe, die voor het behangen tekent. Alvorens mijn oudere broer Jan en ik op het grotere sloopwerk worden losgelaten, moeten wij de inhoud van de vliering naar ons tijdelijke verblijf verhuizen: de grote zolder van buurman Jaap. De plafonds van de slaapkamertjes bestaan uit karton. Op de vliering moeten we omzichtig over de houten balken manoeuvreren om niet een paar meter omlaag te vallen. Het is er duister, stoffig en niet groter dan een langgerekt sheltertentje. We vinden er een heuse schat: een witgelakte koffergrammofoon. Met mijn hand veeg ik de dikke laag donkergrijs stof weg. Als ik mijn hoofd schuin houd valt het bundeltje licht, dat langs de dakpannen binnenlekt, precies op het deksel. Dat tovert een levendig plaatje van een wit hondje te voorschijn. Het zit alert rechtop en steekt zijn snuit in een trechtervormige luidspreker (het hoort de stem van zijn baasje, zo leer ik later.) We weten nog niet dat het een grotere schat is dan wij denken, het beroemde Engelse grammofoonplatenlabel ‘His Masters Voice’. Voorzichtig pakt Jan de onhandig grote houten kist op. De beperkte ruimte dwingt hem voorovergebogen te gaan, zijn linkerknie op de ene balk en zijn rechtervoet op het andere. Ik houd mijn adem in en waarschuw hem voor ieder obstakel. Laat mijzelf naar de vloer zakken om ruimte voor hem te maken. Daar verschijnt onze schat, het knalrode hoofd van Jan daarboven. We zijn beiden bezweet en vol spinrag en strootjes. Ik reik omhoog en Jan laat de vuilwitte kist in mijn handen zakken. Dan schiet de sluiting los en glipt het ding door mijn handen. Links en rechts springen brokstukken van de behuizing. De koperen luidspreker kreukelt en scheurt van de arm. We bekijken de schade: ‘hillegaar an barrelen’, zoals we dat in onvervalst Westfries zeggen. Mijn broer en ik oordelen het niet de moeite het ding te repareren en behandelen het als afval. Wee onze onwetendheid!
Dicht bij de verkeersbrug zie ik dat deze juist vandaag verkast is. Het Ewijkse deel is andermaal dertig meter richting finish – halverwege de Waal – geschoven. Sterker nog, als ik hardlopend richting huis ga, opnieuw er onderdoor, zie ik dat het in beweging is. Ja, nog bezig aan de vijfde fase van de verhuizing.
Persoonlijk had ik Muammar Kaddafi zijn diepe gat in de grond gegund. Tijdig door intimi voorzien van leeftocht. Een hol waar hij nooit meer gevonden wordt. Want zijn vertrouwelingen heeft hij na het betrekken van deze schuilplaats omgebracht. Vervolgens, zo fantaseer ik, vergeet hij in de hectiek van de eerste dagen waar de uitgang is. Overdag schreeuwen en tieren. En gekmakend zoeken naar een uitweg. ’s Nachts in zijn dromen, bezocht door zijn slachtoffers. En zo alle dagen tot zijn levenseinde.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten