dinsdag 19 maart 2013

Doortrapt

In Rome scheen de zon vanmorgen uitbundig; Petrus toonde clementie met duizenden bezoekers tijdens de inauguratie van Franciscus, zijn 266ste opvolger. Bij ons verbergt de zon zich zodat ik onder een grauw wolkendek ren.
Op de Waalbandijk kruisen twee eksters mijn blikveld. Zoals ik hen zie, als silhouetten afstekend tegen een wolkenformatie in de kleur van de diepzee, lijken zij jagende pijlstaartroggen en waan ik mij voor korte tijd in een natuurfilm. Nu kun je veel over eksters beweren maar zwemmen hoort daar niet bij. Stelen! Ja, stelen kunnen zij minstens zo goed als hun verre verwanten. Ik hoorde een politiecommissaris een paar dagen geleden in het achtuur journaal beweren dat dieven als zwermen sprinkhanen op zijn stad neerstrijken en zich volvreten.
“Mijn eksters” zijn derhalve niet verantwoordelijk voor de golf aan inbraken die onder meer over Rotterdam spoelt. Daar gaan de laatste weken bij opkomende duisternis buurtgenoten op pad om hun woonomgeving te controleren – dat lijkt een zeer onaantrekkelijke en bovenal gevaarlijke onderneming. De Rotterdamse politie zegt, bij monde van eerdergenoemde commissaris, drones in te willen zetten. Zij hebben daarbij de wind in de zeilen want ook de Tweede Kamer juicht de inzet van onbemande vliegtuigjes toe. En onlangs las ik in een artikel, in Know How meen ik, dat de opperste leiding van de VS opdracht gaf tot het ontwikkelen van een drone ter grootte van een motvlinder – geen wolken spreeuwen, maar vliegtuigjes die moeten helpen om de plannen van mogelijk vijandige types vroegtijdig te achterhalen; de Gelderlander van deze morgen: de seniorenpartij VSP heeft gisteren aan de Nijmeegse burgervader, Hubert Bruls, gevraagd “…of de politie de drones in de nachtelijke uren boven woonwijken in de stad kan laten vliegen om ‘verdachte personen’ op te sporen.”
Tegenstanders zijn bang voor onze privacy, zij vrezen een pandemie. En dat zal niet lang duren: al meer dan honderd Nederlandse bedrijfjes zijn actief met drones.
Persoonlijk heb ik niets tegen de inzet van stiekeme vliegtuigjes. Dat je voortdurend in het oog wordt gehouden? Nou en? In drukke winkels beklaag ik mij toch ook niet dat er tientallen mensen zijn die getuige kunnen zijn van mijn handelwijze. Mogen die daar vanwege mijn privacy dan ook niet zijn? Oké, deze vergelijking gaat misschien een beetje mank, maar het komt echt dicht in de buurt. Het is maar waar je aan gewend bent. Drones zullen diefstallen niet voorkomen en dat geldt ook voor het winkelend publiek.
Even terzijde: er winkelen de laatste tijd opvallend vaak grijsaards bij C1000 proletarisch. Bij aanhouding lijken zij zielig maar blijken doortrapt! De eigenaren geven hun caissières les zodat zij klanten op een sociaal aanvaardbare wijze kunnen vragen of zij hun tas mogen inspecteren!
De pylonen van de nieuwe verkeersbrug hebben hoedjes opgezet. Zij lijken nu veel meer op hun neven die het dek van de oude verkeersbrug hoog houden. Ik word begroet door het bonkende hameren van een pneumatische sloper die het laatste paar hulppijlers neerhaalt, zoals ik ook getuige mocht zijn van het eerste paar. De zachte huidjes van de wilgenkatjes nabij de sluis in de Uiterwaard, staan in schril contrast met de lawaaiige sloperij.
Eens in 1988 kwamen wij diep in de nacht thuis. Geen sleutels! Over de schutting van de buren kon ik in ons schuurtje komen. Dankzij diezelfde schutting bereikte ik met de bezem net het dakraam van het slaapkamertje van Timothy. Hoe ik ook bonkte, de rots bleef slapen! Met een stevige schroevendraaier kreeg ik een klein ruitje uit de voordeur. Ondertussen maakte ons gerucht buren attent. Terwijl wij vóór bezig waren in te breken, was de politie aan de achterzijde reeds met grote schijnwerpers in de weer. Daarvan merkten wij niets en zij niets van ons.
Waren er toenmaals drones in de lucht, wellicht hadden wij op het politiebureau mogen slapen!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten