vrijdag 13 november 2015

Balanceert

Voor de schapen die een klein stukje van het dijktalud begrazen, pakt vrijdag de dertiende niet goed uit. Asmo, daarentegen, heeft het naar zijn zin. De herdershond, hij oogt nog jong, wil de twaalf schapen die op hun gemak van het prille begin van de dag genieten, van nabij besnuffelen. Omdat zij nog maar kortgeleden vielen voor de avances van hun vlam, de vurige ram die als dank een signaalrode vlek op het rugstuk van ieders winterjas achterliet, misschien, feit is dat deze makke grazers onmiddellijk in de stress schieten. Zij komen moeizaam in de benen en deinzen terug voor het jeugdige elan van Asmo. Al spoedig hollen zij in gesloten formatie, zo snel als hun korte poten dat toelaten, naar het andere einde van de hen toegemeten ruimte. De jonge hond, die zich van de waarschuwingen van zijn bazin – “Dat mag niet, Asmo!” – niets aantrekt, volgt de dravende wolletjes laaiend enthousiast langs de afrastering.
Terwijl ik dit tafereel passeer heb ik te doen met de schapen. Bazin laat mij verontschuldigend weten dat hij dit ‘zó leuk’ vindt, en spoort Asmo aan om bij haar te komen, waarvan hij zich niets aantrekt. Ik slik een zurige opmerking in en ren verder over de meestal vredige Waalbandijk.
Na enige tijd herneem ik mijn gedachten over het veranderende klimaat en de internationale klimaatconferentie in Parijs, die aanstaande is. Ik ben niet pessimistisch, over het algemeen. Maar er zijn al twintig ‘klimaat-topbijeenkomsten’ aan Parijs voorafgegaan, die slechts marginaal iets aan de CO2-uitstoot hebben veranderd. Overal in de wereld houdt men rekening met een gigantische stijging van de zeespiegel. Voor Nederland waren de afgelopen novemberdagen de warmste sinds de eerste metingen en het peil in onze rivieren is al honderdeenentwintig dagen te laag – de nevengeul, Loenensche Wel, etaleert dit laatste feit pijnlijk duidelijk. De geul is er nog, maar de wel bestaat nog maar voor een derde van de normale lengte. De rest staat zo goed als droog. ‘Gelukkig’ voor de oorspronkelijke bewoners van dit opgedroogde deel hebben reigers hen in de loop van de laatste maanden weggevist. Dat bespaarde hen tenminste de verstikkingsdood zoals dat van de honderden vissen die in het water van het Hollandsch-Duits gemaal dreven, waarover de Gelderlander op 5 november berichtte.
Deze feiten maken het moeilijk te geloven dat Parijs wél vruchten gaat afwerpen!
Maar er is altijd hoop. Hoop dat steenkool in de ban wordt gedaan, hoop dat de bemoeienis van de paus zoden aan de dijk zet, en hoop dat de relatieve vermindering van de CO2-uitstoot over 2014, door zal zetten. Dit zíjn misschien de voorboden dat een omslag in zicht is. Ik stel mij dit mondiale klimaatprobleem voor als een vele tonnen wegend rotsblok dat op een punt balanceert. Zo’n blok kan twee kanten op, maar áls het kantelt kost het wel ontiegelijk veel energie het kolossale ding weer in balans te brengen, dan wel de andere kant op te bewegen. Dat geldt voor beide kanten, dus nu maar hopen dat het de goede kant op valt!
Tijdens een van de eerste meidagen van 2003 kantelde het rotsblok voor Aron Ralston verkeerd. Aron wilde in een steile spleet – in de Rocky Mountains – afdalen en gebruikte een vierhonderd kilo zwaar rotsblok, dat tussen twee wanden geklemd zat als steunpunt, toen het onverwachtse gebeurde: het blok kantelde en klemde zijn rechterarm af. Niemand wist waar hij was zodat hij geen hulp van buitenaf mocht verwachten. Na meer dan vijf etmalen zag hij geen andere uitweg dan een deel van zijn arm amputeren, waarna hij uit de spleet wist te komen. Twee Nederlandse toeristen vonden hem en alarmeerden de reddingsdienst. Gisteravond zagen we ‘127 hours’, een film van Danny Boyle.
Weer op mijn weg terug staan de schapen op een kluitje, nog steeds aan het verste uiteinde van hun wei. Super alert wachten zij mijn komst af, schaamrood kleurt hun billen.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten